Wat is Taal- en Letterkunde?

Talenkennis vormt één van de hoekstenen van onze informatiemaatschappij. Door de toename van de mobiliteit en de schaalvergroting van de internationale
contacten wordt het bovendien steeds belangrijker om te beschikken over een hoog ontwikkelde taalvaardigheid in meer dan één taal. Doeltreffende
communicatie is echter niet louter een kwestie van taalbeheersing. Ze berust evenzeer op een brede, onbevangen kijk op de maatschappelijke
context waarbinnen de communicatie plaatsvindt en op een goede kennis van het culturele en meer bepaald het literaire erfgoed.

De opleiding tot Bachelor in de Taal- en letterkunde: twee talen wordt georganiseerd binnen de faculteit Letteren en Wijsbegeerte en duurt drie jaar.

Na het behalen van dit diploma heb je rechtstreeks toegang tot de Master in de Taal- en Letterkunde, de Master Vergelijkende Moderne Letterkunde of de Master Historische Taal- en Letterkunde. Deze masteropleidingen duren één jaar.

Indien je interesse hebt om later in het onderwijs te staan, dan volg je na je bachelor de tweejarige Educatieve Master in de Taal- en Letterkunde, of na je  eenjarige master de Verkorte Educatieve Masteropleiding van 1 jaar. 

 

Brochure over de opleiding 

Cover 2223

 

Opbouw van het programma

Het programma van de bacheloropleiding is opgebouwd rond een eerste jaar waar directe kennisoverdracht centraal staat in een groot aantal vakken (algemene en opleidingsondersteunende vakken; disciplinaire vakken taalkunde, letterkunde, en bij sommige taalgroepen geschiedenis en cultuur), terwijl kennis en vaardigheid intens verbonden worden in de taalbeheersingsvakken. De opleidingsondersteunende en disciplinaire vakken in het tweede en derde jaar diepen de kennis uit die in Bachelor 1 aangereikt werd. Daarnaast wordt in die opleidingsonderdelen regelmatig voorzien in de mogelijkheid tot ontwikkelen van eigen verworven kennis, via oefeningen, lectuur, enz. Gaandeweg geven meer methodologisch georiënteerde opleidingsonderdelen de studenten de sleutels om zelf kennis uit te breiden. In enkele vakken komen onderzoeksgerichte vaardigheden aan bod zoals bronnenkritiek, reflectie op methodologie en onderzoeksparadigma’s.

Vanaf Bachelor 3 worden vooral de zelfstandige kennis­ontwikkeling en onderzoeksvaardigheden aangescherpt door middel van veel paperwerk, waaronder de onderzoekstaak. Kennisontwikkeling wordt, naarmate de student vordert, steeds meer een persoonlijke opdracht, hetgeen ook in de gehanteerde leervormen en evaluatievormen tot uiting komt. 

In de masteropleiding staat een groot gedeelte van de vakken in het teken van de eigen kennisontwikkeling, via werkcolleges, begeleide taken (individueel of in groep), zelfstandig werk, enz. Ook waar de groepsgrootte hoorcolleges opdringt als basiswerkvorm, worden daarnaast leer- en evaluatievormen gehanteerd die persoonlijke, actieve kennisontwikkeling stimuleren en toetsen. Dit aandachtspunt culimineert in de masterproef, die sterk gericht is op de eigen kennisontwikkeling en het zelfstandig verrichten en neerschrijven van onderzoek. Dit eigen onderzoek wordt kennisinhoudelijk en disciplinair ondersteund door de disciplinaire en opleidingsondersteunende vakken.